Hub Schols speelde voor Gulpen drie wedstrijden op één zondag
Jan Somers heeft zijn boek over de geschiedenis van het voetbal in Gulpen aangevuld met een hoofdstuk over ‘de twaalfde man´. In dit geval: de 90- jarige Hub Schols.
Aan de kapstok hangt nog steeds een sjaal van FC Gulpen. Voor Hub Schols bestaat maar één voetbalclub, en dat is FC Gulpen. De 90-jarige oud- schoolmeester praat nog steeds vol passie
over ‘zijn‘ clubje, dat hem voor zijn trouw al eerder heeft benoemd tot erelid.
De broers Jo en Jan Somers, lid van de heemkundevereniging Galopia, hebben d‘r Hub regelmatig bezocht in zijn flatje in Geleen om met hem te praten over voetbal en FC Gulpen. Jan heeft
Hubs verhaal toegevoegd aan zijn in 2016 verschenen boek over de geschiedenis van het voetbal in Gulpen. „De anekdotes die Hub zich nog herinnert, zijn een hele mooie aanvulling op mijn
verhaal", legt hij uit.
Als kind was Hub in Gulpen altijd aan het voetballen. Op straat, of op een van de ‘weitjes‘ rond het dorp. „ Ik woonde in het gebied rond de Looierstraat en de Nieuwstraat", vertelt hij. „In die
tijd noemden ze dat ‘het Villapark‘ omdat er vroeger een park was geweest. We voetbalden tegen jongens uit de andere straten. Dat ging er soms fel aan toe, want de eer van jouw buurtje
stond immers op het spel."
Hubke moest wachten tot hij twaalf jaar was om lid te kunnen worden van FC Gulpen, de opvolger van legendarische clubs als Excelsior en Galopia. „Nu kunnen kinderen al vanaf een jaar of
zeven op voetbal", legt Jan uit, „maar in die tijd had je alleen de B- en de A-jeugd."
FC Gulpen speelde in die eerste jaren na de oorlog op verschillende plekken in en rond het dorp. „Het was lastig om hier een weiland te vinden dat vlak en niet al te nat was", legt Hub uit.
„Op een gegeven ogenblik speelden we op een terrein langs de Wieldergracht, tussen Gulpen en Wijlre. De Gulp en de Geul liepen daar vlak langs ons voetbalveld. Als de Gulp na een felle
regenbui overliep, stond ons veld blank."
Hub stond al vlug in het eerste elftal. „We moesten met de B-jeugd in Vaals spelen", vertelt hij. „De trainer van het tweede had te weinig spelers en vroeg of ik na mijn wedstrijd kon
doorfietsen naar Vijlen, waar ik één helft meespeelde met de reserves. Daarna spurtten we op onze fiets naar Gulpen voor de thuiswedstrijd van het eerste. Ook daar viel ik de tweede helft
in. Drie wedstrijden op één zondag dus, dat kon toen nog."
Verschillende spelers van FC Gulpen maakten de sprong naar het profvoetbal. Hub Bisschops, de broers Jan en Peter Benen. Maar Hub kreeg nooit een aanbod van een andere club. „Dat had
ook geen enkele zin gehad", benadrukt hij, „want ik was toch nooit weggegaan bij FC Gulpen."
Op Koninginnedag won hij met zijn elftal ooit een toernooitje. Als aanvoerder kreeg hij een mooie bokaal en twaalf zilveren guldens - voor iedere speler één. „Kreeg ik toch een brief van de
KNVB dat ik vooraan als prof werd beschouwd" , zegt hij. „De burgemeesten en de deken moesten eraan te pas komen om dat bij de KNVB in Sittard weer van tafel te krijgen..."
Het boek ‘Meer dan honderd jaar de wei op‘ is per e-mail te bestellen bij auteur Jan Somers: jan.somers1@gmail.com.
over ‘zijn‘ clubje, dat hem voor zijn trouw al eerder heeft benoemd tot erelid.
De broers Jo en Jan Somers, lid van de heemkundevereniging Galopia, hebben d‘r Hub regelmatig bezocht in zijn flatje in Geleen om met hem te praten over voetbal en FC Gulpen. Jan heeft
Hubs verhaal toegevoegd aan zijn in 2016 verschenen boek over de geschiedenis van het voetbal in Gulpen. „De anekdotes die Hub zich nog herinnert, zijn een hele mooie aanvulling op mijn
verhaal", legt hij uit.
Als kind was Hub in Gulpen altijd aan het voetballen. Op straat, of op een van de ‘weitjes‘ rond het dorp. „ Ik woonde in het gebied rond de Looierstraat en de Nieuwstraat", vertelt hij. „In die
tijd noemden ze dat ‘het Villapark‘ omdat er vroeger een park was geweest. We voetbalden tegen jongens uit de andere straten. Dat ging er soms fel aan toe, want de eer van jouw buurtje
stond immers op het spel."
Hubke moest wachten tot hij twaalf jaar was om lid te kunnen worden van FC Gulpen, de opvolger van legendarische clubs als Excelsior en Galopia. „Nu kunnen kinderen al vanaf een jaar of
zeven op voetbal", legt Jan uit, „maar in die tijd had je alleen de B- en de A-jeugd."
FC Gulpen speelde in die eerste jaren na de oorlog op verschillende plekken in en rond het dorp. „Het was lastig om hier een weiland te vinden dat vlak en niet al te nat was", legt Hub uit.
„Op een gegeven ogenblik speelden we op een terrein langs de Wieldergracht, tussen Gulpen en Wijlre. De Gulp en de Geul liepen daar vlak langs ons voetbalveld. Als de Gulp na een felle
regenbui overliep, stond ons veld blank."
Hub stond al vlug in het eerste elftal. „We moesten met de B-jeugd in Vaals spelen", vertelt hij. „De trainer van het tweede had te weinig spelers en vroeg of ik na mijn wedstrijd kon
doorfietsen naar Vijlen, waar ik één helft meespeelde met de reserves. Daarna spurtten we op onze fiets naar Gulpen voor de thuiswedstrijd van het eerste. Ook daar viel ik de tweede helft
in. Drie wedstrijden op één zondag dus, dat kon toen nog."
Verschillende spelers van FC Gulpen maakten de sprong naar het profvoetbal. Hub Bisschops, de broers Jan en Peter Benen. Maar Hub kreeg nooit een aanbod van een andere club. „Dat had
ook geen enkele zin gehad", benadrukt hij, „want ik was toch nooit weggegaan bij FC Gulpen."
Op Koninginnedag won hij met zijn elftal ooit een toernooitje. Als aanvoerder kreeg hij een mooie bokaal en twaalf zilveren guldens - voor iedere speler één. „Kreeg ik toch een brief van de
KNVB dat ik vooraan als prof werd beschouwd" , zegt hij. „De burgemeesten en de deken moesten eraan te pas komen om dat bij de KNVB in Sittard weer van tafel te krijgen..."
Het boek ‘Meer dan honderd jaar de wei op‘ is per e-mail te bestellen bij auteur Jan Somers: jan.somers1@gmail.com.
Geplaatst op: 13-11-2023